Op pad met Martin...Stadsecoloog Martin blogt maandelijks over de Haagse stadsnatuur.

Martin's blog: Een bedrieglijk parfum….

30-05-2022

Ergens in Zuid-Limburg kruipt iets uit de grond. Zandkorrels worden aan de kant geduwd, stof wordt afgeschud en even later ziet een jonge mannetjeszandbij voor het eerst het zonlicht. Het diertje oefent met zijn vleugels om zijn eerste rondjes te vliegen rond het holletje waar hij zojuist uitkroop.

Tijdens zijn eerste vluchtje ruikt hij een voor hem onbekende geur waar hij onmogelijk weerstand aan kan bieden. Aangetrokken door de onweerstaanbare geur van een jonge, maagdelijke vrouwtjeszandbij gaat het jonge mannetje recht op zijn doel af. Hij ontwijkt grassprieten, laat bloemen met nectar links liggen en ontwaart in de verte vaag de verleidelijk contouren van de jonge dame die haar aanwezigheid met een onweerstaanbare parfum overduidelijk maakt.

Een loze verleidster
Het verliefde mannetje landt teder op haar rug. Hij voelt haar zachte lichaamsharen en haar alles overweldigende parfum belet hem helder te denken. Het mannetje probeert met haar te paren. Hoe prettig ze ook ruikt en aanvoelt, de dame lijkt echter niet van hem te willen weten. De paring gaat er dan ook steeds ruiger aan toe. Na enige tijd geeft het mannetje het gedesillusioneerd op en vliegt verdwaasd weg met twee grote stuifmeelklompen op zijn kop.

Dit is de bijenorchis. (Foto: Martin van den Hoorn)


Mispoes!
Jonge zandbijenmannetjes hebben als ze uit hun cocon kruipen maar één taak en dat is zo snel mogelijk voor nageslacht zorgen. Hier hebben een aantal orchideeënsoorten handig op ingespeeld. Ze hebben bloemen ontwikkeld die oppervlakkig lijken op vrouwtjesbijen en exact zo ruiken en voelen. De mannetjes die niet goed kunnen zien, maar wel gevoelige reuk- en tastorganen hebben, proberen tevergeefs met de bloemen te paren en verlaten met twee grote stuifmeelklompen op hun voorhoofd onverrichterzake de orchideeënbloem.

Wanneer ze later door een nieuwe bloem gefopt worden brengen ze het stuifmeel over en bestuiven zo de orchidee. Goed voor uiteindelijke duizenden orchideeënzaadjes per gefopte bij. Van dit soort orchideeën zijn er in Zuid-Europa tientallen soorten te vinden, met allemaal hun eigen bestuivende bijensoort. De verspreiding van deze orchideeënsoorten hangt dan ook sterk samen met de verspreiding van de bijbehorende wilde bijensoort. 

Een parende zandbij op een bijenorchis (Foto: N. J. Vereecken)


Van Zuid-Limburg naar Ypenburg
Er is één orchideeënsoort die vroeger mannetjesbijen fopte, maar nu geheel zelf bestuivend is. De bloemen van deze bijenorchis lijken echter nog steeds sprekend op een bij en voelen nog net zo zacht. Omdat ze niet meer afhankelijk zijn van een bepaalde wilde bijensoort, komen ze op een veel grotere schaal voor. Zo ook in stadsdeel Ypenburg. Daar kun je ze vinden in bermen en langs groene trambanen. Stiekem staan ze te pronken tussen het gras en als een tram voorbij raast wiegen ze met de wind mee.

Verleiders van mannetjesbijen zijn ze niet meer, maar deze stadsecoloog pakken ze nog steeds in.

Martin van den Hoorn is stadsecoloog van gemeente Den Haag. Voor het Haagse Groen neemt hij je elke maand mee op pad, de stadsnatuur in. Meer blogs lezen van Martin? Dat kan op de pagina Op pad met Martin

 

 


Hoofdfoto: Bijenorchis (Pixabay)

Lees ook: 
Meer groen, vogels en vlinders in je tuin? Zo doe je dat!
Doe mee met het NK Tegelwippen

 

Nieuwsbrief

Niets meer missen van onze verhalen over het Haagse Groen en de stadsnatuur? Meld je aan voor onze nieuwsbrief.

Aanmelden

 

 
Cookie-instellingen