Martin’s blog: MC-Fietspomp

23-02-2023

Nu de dagen langer worden horen wij hem steeds vaker. Een kleine zanger met bleke wangen, gekleed in een geel overhemd met zwarte stropdas, groenblauw colbertje en een zwartje petje. Druk bezig in een boom of struik met het oppompen van zijn fietsje.

Weinig noten op zijn zang
De koolmees, want daar hebben we het over, heeft als echte zangvogel maar heel weinig noten op zijn zang. Twee tot drie om precies te zijn. Maar daar kan hij enorm veel mee. Het meest bekende geluidje is het fietspompje ‘Tie-du tie-du tie du’. Ondanks de twee tot drie noten die hij tot zijn beschikking heeft, is deze kleurrijke dreumes in staat om wel zestig (!) verschillende deuntjes te maken.

De oudere, meer ervaren mannetjes kennen meer variaties dan de jonkies en zijn dan ook veel meer in trek bij het andere geslacht. Twee concurrerende mannetjes kunnen in een fel zanggevecht raken, waarbij ze elkaar imiteren en overbluffen met ingewikkelde liedjes bestaande uit twee tot drie noten. Een soort MC-battle toernooi voor vogels, zeg maar.

Klimaatpech
Van de koolmees is ontzettend veel bekend. Het is een bosvogel die zich in stedelijk gebied zeer goed thuis voelt. In Den Haag staat hij op nummer 1 bij de Nationale Tuinvogeltelling. Al sinds 1955 loopt een onafgebroken onderzoek naar koolmezen op de Hoge Veluwe. Uit dit onderzoek komen de effecten van klimaatsverandering duidelijk naar voren: Koolmezen zijn voor het voeren van hun jongen sterk afhankelijk van het aanbod van rupsen.

In 1980 viel het grootbrengen van de jongen nog precies gelijk met het aanbod van de meeste rupsen. Omdat bomen door de klimaatverandering eerder uitlopen, is de rupsenpiek twee weken eerder en worden veel jongen, door gebrek aan voedsel, niet meer volwassen. Wel komen koolmezen meer en meer tot een tweede legsel waarmee ze het verlies aan jongen compenseren.

De koolmees helpt als rupseneter ons ook in de strijd tegen de eikenprocessierups. Deze rupsen met beschermende brandharen worden na wat oefening ook door koolmezen gegeten. Met het ophangen van nestkasten proberen veel gemeenten de aantallen koolmezen wat op te krikken om zo op een natuurlijke wijze de eikenprocessierupsen meer onder de knie te krijgen.

Pas op met hond!
Koolmezen, maar ook andere vogels, maken graag gebruik van hondenharen om hun nesten mee te bekleden. Vaak zitten in deze haren nog resten van antivlooienmiddelen. Op tal van plekken in Nederland zijn dode koolmezen in nesten aangetroffen met resten van diverse bestrijdingsmiddelen in hun bloed. Tip: Kam je hond in huis, doe het haar in een zak en stop het bij het restafval. Onze kleine fietsenmakertjes zullen je er dankbaar voor zijn. Ze zullen als tegenprestatie onze bomen zoveel mogelijk eikenprocessierupsvrij houden!

Martin is stadsecoloog van gemeente Den Haag. Voor het Haagse Groen neemt hij je elke maand mee op pad, de stadsnatuur in. Meer blogs lezen van Martin? Dat kan op de pagina Op pad met Martin

Foto Martin: Merijn van Grieken

 


(Foto: Pixabay)

Lees ook:
Martin's blog: McFlurry egel
Martin's blog: Brengers van vrede
Martin's blog: Levende tuinen

 

Nieuwsbrief

Niets meer missen van onze verhalen over het Haagse Groen en de stadsnatuur? Meld je aan voor onze nieuwsbrief.

Aanmelden

 

 
Cookie-instellingen