Scholekster of bonte Piet
Scholeksters zijn makkelijk te herkennen. Het zijn zwartwitte vogels met een lange, rode snavel en lange, roze poten. Hun roep is een schel (te-)piet- (te-)piet- (te-)piet, wat hun in de volksmond, samen met het zwart-witte jasje de bijnaam bonte piet heeft gegeven. Helaas gaat het niet zo goed met Pietje. Sinds halverwege de jaren tachtig nemen de aantallen van deze soort sterk af en dat heeft alles met voedsel te maken. In de steeds intensief gebruikte weilanden is het moeilijk om jongen groot te brengen en de vogels die op de wadden overwinteren hebben concurrentie van mosselvissers.
Hokkers en Wippers
Onderzoekers die scholeksters die vlakbij de Waddenzee broeden bestuderen, verdelen de scholeksters in hokkers en wippers. De sterkste scholeksters hebben hun nest aan de rand van een kwelder. Deze scholeksters zijn snel bij hun voedsel en kunnen hun jongen veel te eten geven. Omdat ze bijna geen afstand hoeven te overbruggen tussen hun nest en hun jongen worden ze hokkers genoemd. De minder sterke scholeksters zijn de wippers. Zij broeden verder van het wad af en moeten pendelen tussen het wad en het nest. Zij kunnen hun jongen niet zoveel voeren als de hokkers.
Hakkers en snijders
Bij scholeksters die schelpdieren eten is nog wat merkwaardigs aan de hand. Sommige dieren kiezen er voor om schelpen met bruut geweld te lijf te gaan. Ze hakken de schelpen open. Deze hakkers hebben een wat stompere, meer beitelvormige snavel. Andere soorten kiezen ervoor om de schelpen bij hun sluitspier door te snijden. Deze snijders hebben een puntvormige snavel. Ook kan de snavel gedurende het jaar van vorm veranderen. Wanneer ze in de zomer in weilanden naar wormen zoeken hebben scholekster een puntige snavel, maar wanneer ze er voor kiezen om in de winter schelpen open te gaan hakken, krijgen ze een stompere snavel. Sowieso slijt hun snavel hard, dus dan is het fijn dat hij ook weer snel kan aangroeien.
Trek naar de stad
We zien het bij meer dieren. Hun leefgebied wordt ongeschikter en als gevolg daarvan trekken ze naar dorpen en steden. Zo ook ons zwartwit gekleurde pietje. Op daken vinden ze een geschikte broedplek. Geen vossen of zwarte kraaien aanwezig en vaak een grasveldje met pieren in de nabijheid. Als je bij het Malieveld bent kun je de scholekster druk in de weer zien met het verzamelen van wormen voor zijn kroost ergens op een dak in Benoordenhout. Maar ook op tal van andere plekken kun je scholeksters gazons zien afstruinen maar wormen en emelten. Altijd zit hun nest ergens op een dak in de buurt. Een echter wipper dus.
Blog van de stadsecoloog
Martin is stadsecoloog bij gemeente Den Haag. Via deze blog vertelt Martin maandelijks wat er speelt in de Haagse stadsnatuur. Ontdek de wondere wereld van het Haagse groen! Wil je meer blogs van Martin lezen? Kijk dan eens in onze rubriek Op pad met Martin.
Nieuwsbrief
Via de nieuwsbrief blijf je op de hoogte van al het nieuws rondom het Haagse Groen.
Aanmelden